" (1) | A (61) | B (8) | C (50) | D (43) | E (27) | F (24) | G (19) | H (36) | I (26) | J (1) | K (10) | L (15) | M (57) | N (26) | O (21) | P (70) | Q (2) | R (15) | S (64) | T (33) | U (2) | V (28) | W (7) | X (1) | Z (9)
Titel Body
à terme

op tijd, aan het einde van de zwangerschap, uitgerekend

Absences

kortdurende bewustzijnsdalingen die met minimale motorische verschijnselen gepaard plegen te gaan en die kenmerkende afwijkingen op het electro-encefalogram (eeg) tonen

abstracte begripsvorming

met "abstract begrip" wordt bedoeld: een eenheid van denken over iets onstoffelijks, iets niet-concreets

acidose

te zuur, de pH waarden van het bloed zijn te laag. De pH is een getal dat de waterstofionenconcentratie weergeeft. Normaal is 7.4

ACTH

de gangbare afkorting van adrenocorticotroop hormoon, een hormoon dat in de hypofyse (orgaan aan de basis van de hersenen) wordt aangemaakt en de bijnierschors stimuleert tot productie van bijnierschorshormonen (corticosteroïden)

ADHD

ADHD is de afkorting van "attention deficit hyperactivity disorder" en duidt gedrag aan dat door tekort aan aandacht, te veel activiteit en impulsiviteit is gekenmerkt. Het belemmert het sociale functioneren en het leren.

adolescentie

de leeftijdsperiode die overgaat in de volwassenheid: van 10-20 jaar volgens de Wereld Gezondheidsorganisatie, van 13-24 jaar in de VS, en van 15-20 jaar volgens van Dale

afasie

functiestoornis die de klank-, grammaticale, en/of betekeniscomponenten van de taal aantast, waardoor taalbegrip en taalproductie schade lijden

affect

waarneembare emotionele reactie op in- en uitwendige gebeurtenissen/ herinneringen; affect kan overmatig of onvoldoende zijn, te vlak, onvoldoende reactief, inadequaat, in overeenstemming met subjectief gerapporteerde emoties.

agitatie

rusteloze activiteit met opwinding en angst

agressie

gewelddadig handelen of neiging daartoe

ALL

Acute lymfatische leukemie (ALL):
woekering van onder andere lymfoblastaire cellen (stamcellen van de lymfocyt) in beenmerg en later ook in bloed door rijpingsdefect

amblyopie

onvoldoende gezichtsscherpte in een oog bij overigens normaal visueel systeem. Een ontwikkelingsstoornis.

amnesie

geheugenverlies: abnormaal verlies van kennis

amnionvocht

vruchtwater

anamnese

het verhaal van de patiënt over haar/zijn ziektegeschiedenis.

anartrie

niet kunnen spreken door door een stoornis in van de spraakmusculatuur.

aneurysma

plaatselijke verwijding van een bloedvat

angiofibroom

een vaatgezwel met veel bindweefsel

anomalie

van de norm afwijkend, in abnormale mate

anterograad

geheugenverlies (amnesie) is anterograad bij een toestand van onvermogen tot vastleggen in het geheugen van gebeurtenissen of informatie na bijvoorbeeld een traumatisch hersenletsel

anti-diuretisch hormoon

hormoon dat zorgt voor terugresorptie van water in de nieren

anti-epileptica

geneesmiddelen tegen epilepsie

anticipatie

bij sommige autosomaal dominant overervende ziekten ontstaan de ziekteverschijnselen in opeenvolgende generaties op jeugdiger leeftijd.

antigeen

een door het afweersysteem van het lichaam als vreemd geïdentificeerde stof waartegen antistoffen worden aangemaakt.

anxiety

gevoel van beklemming, angst, ongerustheid; gepieker

aperta

apertura betekent open; apert wil zeggen duidelijk, onmiskenbaar.

Apgar-score

getal dat de toestand van een pasgeborene weergeeft door scoring van zijn kleur (Appearance), polsslag (Pulse), reactie op prikkels (Grimace), spierspanning (Activity) en ademhaling (Respiration); de beginletters van de Engelse termen vormen de naam van de bedenkster, anesthesiologe en chirurge Virginia Apgar (1909-1974)

apnoe

Niet ademen. Meestal wordt het woord gebruikt voor het kortdurend onderbreken van het ademen tijdens de slaap.

apraxie

Stoornis van de planning van het handelen.

aprosodie

afwezigheid van spraakmelodie (overgebracht door variatie in toonhoogte, ritme en nadruk)

aqueduct

Zie aqueductus

aqueductstenose

vernauwing van de aqueductus: aangeboren, door ontsteking of door een gezwel

aqueductus

aqueductus of aqueduct: nauwe verbinding tussen derde en vierde ventrikel in het middelste deel van de hersenstam, het mesencefalon

arachnoïdea

spinnenwebvlies, tussen twee andere hersenvliezen, de dura mater en de pia mater

arteria

A., afkorting van arteria/arterie = een bloedvat dat bloed naar het weefsel brengt
Aa., meerdere arteriën